DELTARES, SEPTEMBER 2015
3
DELTARES
KORT
M
inder en langzaam verkeer,
klimaat- en energieneutrale
bouw, kundig waterbeheer
en vergroening: een duur
zame stad zorgt voor een
prettige omgeving en biedt ruimte aan
nieuwe vormen van werken, wonen,
winkelen en uitgaan en vermindert ook
hittestress en CO
2
uitstoot. Deltares,
TNO en de Universiteit Utrecht gaan
samen met de gemeente Utrecht en de
Jaarbeurs aan de slag om van het stads-
hart Utrecht een icoon voor duurzame
herontwikkeling te maken. Het project
vindt plaats binnen het Europese Clima-
te-KIC programma Smart Sustainable
Districts. Behalve in Utrecht, worden de
innovaties ook ontwikkeld en getest in
Londen, Berlijn en Kopenhagen. Meer
informatie:
www.climate-kic.org.
MINDER KOSTEN
AFWIJKENDE
FUNDERINGSPALEN
Nieuwe meettechnieken voor
funderingspalen moeten een
nauwkeuriger beeld geven of
heipalen aan alle eisen voldoen.
Dit is kostenbesparend en kan
vertraging in het bouwproces
terugdringen. Op het terrein
van Deltares in Delft is daarom
een proefveld met palen met
afwijkingen aangelegd om nieuwe
meettechnieken te kunnen testen.
Uit de eerste resultaten blijkt dat
het meestorten van glasvezelkabels
een simpele en goedkope maat
regel is om de afwijkingen in dia
meter van palen vast te stellen.
Daarnaast wordt een veelbelovende
akoestische techniek verder
ontwikkeld.
STADSHART UTRECHT
ICOON VOOR DUURZAME HERONTWIKKELING
FILMPJE INNOVATIEF
ONTWERPEN VAN
ADAPTIEVE STEDEN
Leegstand, veroudering, water
overlast. De druk op de stad
neemt toe en bouwen zonder te
veel hinder voor de omgeving
is een uitdaging geworden. Een
stad zo inrichten dat hittestress
en zoetwatertekort tegen wordt
gegaan is een vraagstuk dat
bestuurders en beleidsadviseurs
hoofdbrekens kan kosten. Er zijn
gelukkig ook oplossingen, zoals het
aanbrengen van structuur, inzicht
krijgen in wat er in de grond ligt
en maatregelen als ondergrondse
waterbergingen. De animatie die
via deze QR-code is te vinden, legt
uit welke rol Deltares kan spelen
bij het innovatief ontwerpen van
een adaptieve stad.
FOTO: PETER HELLEBRAND